Hoe gaat het met de Kliniek Christami?

Hoe gaat het anno 2105 met de Kliniek Christami (YPKM)?

Het is alweer enige jaren geleden dat de Protestantse Gemeente van Bunnik en Odijk zich voor drie jaar committeerde aan steun aan het Hiv/Aids programma van YPKM, Kerk in Actie partnerorganisatie in Papua. YPKM staat voor “stichting ter bevordering van de volksgezondheid”. Al ruim 10 jaar richt de organisatie zich op de problematiek rond HIV/Aids in Papua. Dat probleem is helaas nog steeds groeiende, ondanks het werk van – onder andere – YPKM.

YPKM houdt zich bezig met voorlichting voor jongeren en prostituees; en met voorlichting aan predikanten over pastorale zorg. Ook proberen YPKM medewerkers om mensen met bepaalde ziekteverschijnselen over te halen om zich te laten testen op HIV. Er is een enorme drempel om dat te laten doen, vanwege het taboe en de angst voor morele veroordeling en uitsluiting. Tot slot doet YPKM aan directe zorg voor HIV/Aids patiënten, in kliniek Christami in Abepura (bij de hoofdstad Jayapura) en in het opvangcentrum in Wamena, de stad in de Baliemvallei in het hoogland. En men begeleidt de mensen die HIV besmet zijn om een gezonde levensstijl aan te houden. Op die manier, en met het levenslang gebruik van medicijnen (Aidsremmers), is het mogelijk toch een “normaal” leven te leiden.

Het werk van YPKM is nog steeds nodig. Maar omdat er nog steeds mensen besmet raken, zoekt YPKM met de hulp van de deskundige naar effectievere methodes. Dat heeft geleid tot de volgende ontwikkelingen:

• Kliniek “Christami” is naar een kleinere behuizing gegaan, maar vangt nog steeds wel 3 – 5 patiënten op. De reguliere gezondheidszorg rond de hoofdstad levert voldoende zorg voor de meeste patiënten.
• De opvang en zorg in Wamena heeft een ruimere behuizing gekregen; hier is de eerste zorg na constatering van de ziekte hard nodig, vooral voor mensen die in afgelegen dorpen wonen.
• Bij de voorlichting houden de medewerkers van YPKM zich niet alleen bezig met het uitdragen van hun boodschap (hoe je HIV/Aids kunt oplopen; hoe ernstig de ziekte is; en hoe je het kunt voorkomen); maar vooral ook met het begrijpen waaróm mensen die risico’s lopen. Vanuit dat begrip kun je beter werken aan de juiste hulp om verder risicovol gedrag te voorkomen.

Huisbezoeken geven de YPKM-medewerkers veel inzicht in de situatie van de jongeren en hoertjes die ze eerder met een vermanende boodschap toespraken. Zo ontdekten ze bijvoorbeeld dat een “oom” die meisjes in huis had genomen om ze naar de middelbare school te laten gaan, de meisjes ook de straat op stuurde om te tippelen. In dit geval moet de “oom” aangepakt om de meisjes te kunnen beschermen. Ook komen de YPKM- medewerkers situaties van armoede tegen, waardoor ze beter begrijpen dat er vaak meer dan alleen informatie nodig is om mensen tot gezond gedrag te bewegen. YPKM doet dit ook niet alleen, maar in samenwerking met andere instanties zoals sociaal werk – en de plaatselijke kerk.

Mirjam Boswijk