Onze Protestantse Kerk heeft maar liefst elf belijdende geschriften, sommigen heel oud (uit de 1e eeuw) sommigen recent (uit 1934 en 1973). Ze worden keurig opgesomd in artikel I van de kerkorde. De kerk lijkt ze dus nogal belangrijk te vinden.
Maar wat staat er eigenlijk in? Waar gaan ze over? Waarom heeft de kerk eigenlijk een belijdenis? En vooral: wat moeten we er mee? Kunnen we er nog iets mee in 2017?
Eerlijk gezegd: de belijdenisgeschriften staan in een slechte reuk. Vroeger hadden ze het over ‘de drie formulieren van enigheid’. Soms werd gezegd: je kunt ze beter ‘formulieren van onenigheid’ noemen. Wat een ruzie is er gemaakt over de belijdenis! Iedereen beweerde de echte waarheid in pacht te hebben. Wat heeft de belijdenis vaak geleid tot veroordeling en kerkscheuring! Daarom hebben we haar voor alle zekerheid maar in het depot van het kerkelijk museum opgeborgen. En haal ze daar vooral niet meer uit tevoorschijn. Dat geeft maar narigheid.
Ik nodig je uit om samen eens op verkenning te gaan. Waar komen deze geschriften vandaan? Waarom zijn ze geschreven? Waar gaan ze eigenlijk over? En vooral de vraag: kunnen wij daar vandaag nog iets mee? Ik heb zo’n vermoeden dat we dan nog voor verrassingen komen te staan.
Hoe we deze gesprekskring gaan invullen wil ik graag met de deelnemers zelf overleggen.
Heb je belangstelling (of vragen)?
Reageer naar p.v.d.heuvel[a]hetnet.nl (of 030-6565265).
Piet van den Heuvel